Ronald en Hans

Hans is vijf jaar mentor van Ronald

‘Het mentorschap is een relatief kleine inspanning, waar je veel voor terugkrijgt’

De afspraak is dat ze elkaar één keer per 2 weken zien. Maar, omdat Ronald maar vijf minuten bij zijn mentor Hans vandaan woont, komt hij wel vaker even aanwaaien. Hans: ‘Als Ronald langskomt, dan zie ik al aan zijn gezicht of het mooi of slecht weer is. Ronald denkt over van alles na en heeft daardoor vragen over wonen, de zorg, de toekomst en over gezondheid. Door hier met hem over te praten geef je hem wat extra duidelijkheid en zekerheid. Ronald gaat altijd met een grote glimlach weer naar huis.’

Meekijken en helpen
Hans is sinds 2016 mentor van Ronald. Ronald heeft een verstandelijke beperking. Hij woont onder begeleiding in een appartement, dat verbonden is aan een woongroep van Ipse de Bruggen. Hij vindt het fijn dat Hans als mentor achter hem staat en meekijkt met het reilen en zeilen binnen de zorginstelling. Ronald: ‘Ik ben heel blij met Hans. Hij helpt me met het opknappen van mijn huis en tuin. Ik heb nu een mooie kast en een stevige stoel, zodat ik lekker kan zitten. En hij helpt me als ik het ergens niet mee eens ben. Maar Hans doet ook niet alles hoor. Als ik dingen vraag die niet kunnen dan zegt hij dat ook.’

Even wennen
Hans is in het dagelijks leven druk met zijn eigen bedrijf. Toen hij in Zwammerdam kwam wonen, besloot hij om ook tijd vrij te maken voor het mentorschap. Hans: ‘In het dorp kwam ik regelmatig bewoners van Ipse de Bruggen tegen. Ik heb ervaring in het omgaan met mensen met een beperking, omdat ik een zus had met een verstandelijke beperking. Daarom besloot ik om mij aan te melden als mentor bij Mentorschap Haag en Rijn. In het begin was het wel even wennen. Ronald is verbaal vrij sterk en weet precies wat hij wil. Ik vroeg me af waarom hij een mentor nodig had. Toen ik hem beter leerde kennen, ontdekte ik dat ik echt wel wat voor hem kan betekenen.

Gezonder leven
De zorginstelling betrekt Hans samen met Ronald bij het opstellen en het evalueren van het zorgplan. Hans: ‘Dit plan geeft de kaders aan waarbinnen je Ronald dingen wel en niet kan toezeggen. We proberen dit plan zo concreet mogelijk te maken. Bijvoorbeeld dat er in het Gezond leven plan staat: Ronald gaat 2x sporten in de week. Ronald: ‘Ik vind het Gezond leven plan soms best lastig. Maar Hans zegt dan ook dat het wel belangrijk is. Hij is daar wel streng in.’ Hans: ‘Door dit plan eet Ronald gezonder en beweegt hij meer. Daardoor zit hij veel lekkerder in zijn vel.’

Leuke dingen doen
Het werk als mentor beschouwt Hans als een relatief kleine inspanning, waar hij door de waardering van Ronald en de organisatie veel voor terugkrijgt. Hans: ‘Het mentorschap is een formele functie, maar je hebt alle ruimte om ook leuke dingen te doen. Bijvoorbeeld zijn tuin opknappen. En hiervoor samen rondstruinen in het tuincentrum. Zodra het weer kan gaan we wat drinken in ‘de Haven’ of op het nieuwe terras bij ‘t Geluk in Zwammerdam.’

Op de vraag wat het leukste is dat ze samen hebben meegemaakt, weet Ronald meteen het antwoord: ‘Dat ik samen met mijn tweelingbroer, die ook bij Ipse de Bruggen woont, een keer heb gegeten bij Hans en zijn gezin, dat was heel leuk!’

Anne-Marie Oudenes

Anne-Marie Oudenes is al ruim 10 jaar mentor!

Anne-Marie Oudenes is een van de mentoren die al ruim 10 jaar werkzaam is bij Mentorschap Haag en Rijn. Een lange tijd voor vrijwilligerswerk. Wij zijn heel erg blij met haar. En benieuwd waarom ze dit werk al zo lang doet.

Anne-Marie: ‘Ik vind het belangrijk dat mensen die niemand hebben om voor hun belangen op te komen toch vertegenwoordigd worden. Dat ze een stem krijgen en je samen met ze of voor ze kan denken en beslissen. Ik ben eigenlijk van huis uit een beetje in dit werk gerold toen ik het mentorschap en de mantelzorg voor twee vriendinnen van mijn moeder overnam. Het werk zit nu gewoon in mijn systeem.’

Wat heeft het jouw cliënten gebracht?
‘Ik denk dat mijn mentorschap ervoor zorgt dat mijn cliënten niet alleen afhankelijk zijn van de zorginstelling, maar dat er ook iemand van buitenaf met een frisse blik meekijkt. Als leek zie je toch dingen die zorgverleners door gewenning gewoon zijn gaan vinden. Soms ben je dan misschien best lastig, maar over het algemeen wordt jouw input wel gewaardeerd. Ook is de wereld van mijn cliënten groter geworden, doordat ik met ze op stap ga.’

Wat heeft het jou gebracht?
‘Ik heb zelf altijd in de gehandicaptenzorg gewerkt. Niet aan de zorgkant, maar aan de economisch-administratieve kant. Ik ben mentor bij de Hooge Burch, waar ik vroeger gewerkt heb. Ik vind het heel leuk om nu aan de zorgkant bezig te zijn. Ik heb drie cliënten hier. Twee cliënten zijn meervoudig gehandicapt. Ze kunnen niet praten dus contact maken, is lastig. Dan is het mooi als je toch een band opbouwt en van betekenis bent. Het is dankbaar werk. Je krijgt die dankbaarheid misschien niet altijd direct terug van je cliënten, maar wel van de groepsleiding. En het werk verruimt je horizon.’

Wat is het meest bijzondere dat je hebt meegemaakt?
‘Leuk is, dat je voor alle feestjes bij de zorginstelling wordt uitgenodigd. Mooi vond ik dat ik voor mijn cliënt die overleden is de begrafenis kon helpen organiseren. Je bent daar officieel misschien niet voor verantwoordelijk, maar als je al zo lang voor iemand zorgt, dan doe je dat toch. Bijzonder vond ik hoe ik mijn derde cliënt er een beetje als cadeautje bij kreeg. Zij is de moeder van een van mijn cliënten, en ik had haar wel eens ontmoet. Zij woonde nog thuis, maar dat ging eigenlijk niet meer, omdat ze helemaal vervuilde. Ze is verstandelijk beperkt en een echte zorgmijder. Samen met de thuiszorg ben ik toen anderhalf jaar bezig geweest om haar in een zorginstelling te krijgen. Omdat ze steeds meer overlast veroorzaakte, werd ze uiteindelijk aangemeld bij de GGD. Toen is het balletje gaan rollen. Nu woont ze ook in de Hooge Burch. Bijzonder om mee te maken hoe zo’n traject loopt en wat een lange adem je daarvoor moet hebben.’