Soms is dat draadje echt flinterdun
‘Dag Carlijn. Met verzorgingshuis De Duinhof. Ik bel met niet zo’n goed bericht.’
Mijn hart slaat over. ‘Nee toch.’ Denk ik direct.
‘Mevrouw Blom is zojuist overleden. Ze voelde zich niet lekker worden en gleed zo weg. Haar hart stond direct stil.’
Ik stamel iets van ‘Wat erg, waarom, hoe kan dat?’ maar het komt er maar half uit.
Mevrouw Blom was nog niet lang mijn cliënt, maar wat hadden we een fijne klik. Waar ik bij mijn andere cliënten één keer per week langskom, kon ik het niet laten om bij mevrouw Blom wat vaker binnen te lopen. Ze was niet eenzaam in haar verzorgingshuis. Liet nooit blijken zich alleen te voelen tussen de lieve zusters en medebewoners, maar toch bracht ik graag een extra bezoekje aan haar.
Haar enige zoon, wonend in Frankrijk, kon niet zo vaak langskomen als hij zou willen. Hij was er altijd voor zijn moeder, maar wel op afstand en via de telefoon. Vandaar dat ik afgelopen zomer als mentor in haar leven kwam. Eigenlijk alleen voor de praktische regelzaken en het meedenken rondom haar zorgplan, maar al na onze eerste kennismaking was er meer dan dat.
Nu is ze dood. Zomaar. Geheel onverwachts.
Het raakt mij meer dan ik had verwacht. Het snijdt. Plotseling herken ik mijn emotie. Ik voel hetzelfde lege gevoel als toen jaren geleden mijn omaatje stierf. Blijkbaar was dat wat mijn bezoekjes aan mevrouw Blom mij keer op keer bracht. De geur van oudheid, de glimmende Swarovski en stoffige tafelkleedjes in haar kamer. De kneuterigheid van het kopje thee samen op bed. De traagheid van het leven door haar ouderdom. Het samen grinniken om leuke herinneringen uit haar jeugd en het geduld waarmee ik voor de zoveelste keer iets vertelde aan haar dementerende brein.
‘Ach kind, echt waar? Ben jij al tweeënveertig?!’ Zei ze wekelijks. Steeds weer moest ik grinniken om haar verbazing en mimiek, week na week op dezelfde manier.
Deze week neem ik afscheid van haar en zal ik spreken op de uitvaart. Niet als haar mentor maar gewoon als Carlijn. Want soms is dat draadje flinterdun en verdwijnt dat zelfs na de dood.
Carlijn